flexibel, adaptief, herbruikbaar
 
NIOC     2009
en

 

Met verlichte geest – over visuele herkenning van objecten

De voordracht gaat over het herkennen van objecten aan de hand van beelden. We beginnen bij de mens. Als u uw ogen opendoet treedt een lichtstraal uw hoofd binnen. Met dit lichtstralen komt de informatie mee waaraan u allerlei objecten herkend in de wereld.
Pythagoras en de oude Grieken waren daar niet zonder meer van overtuigd.
Ze streden om het hardst of het licht het oog in ging of dat het er uit kwam. Het conflict duurde tot in de 10e eeuw toen Al Hazen uit Irak het dispuut besliste: licht gaat het hoofd in.
Terug naar het heden, lichtstralen ontstaan in de lichtbron, kaatsen een paar keer en verdwijnen dan het oog in. En niet zomaar, op de tocht naar binnen neemt de lichtbundel enige eigenschappen over van de objecten waarop het kaatst. Het oog zou niets van de wereld herkennen, niks van de wereld kunnen herkennen, als niet sommige eigenschappen invariant of onveranderlijk zijn. Om een object te herkennen moeten er eigenschappen zijn die voor u waarneembaar en invariant zijn. Gras is groen, gestreept en chaotisch geordend. Het kan een beetje gelig groen worden, of bruinig groen, maar dan tenminste gestreept chaotisch. Overdraagbare waarnemingen zijn dus gebaseerd op invarianten. Dat geldt ook voor kennis. Kennis ligt vast in uitspraken die altijd waar zijn. De taal heeft zo in de loop van de tijd veel begrippen vastgelegd.
Een zo'n begrip is een boot. Maar het is helemaal niet eenvoudig om het uiterlijk van een boot in woorden te omschrijven. Wat maakt nou een boot tot een boot? Hoe kunt u die herkennen? En zou een computer dat ooit kunnen?
En dat is de kern van de lezing: wat is er nodig om objecten door middel van digitale beeldbewerking te herkennen? Welke vorderingen zijn daarmee gemaakt in de laatste jaren? Wat is er nodig om een computer goed te laten zien? Hoe goed kan een computer dat vergeleken bij een mens?
 
 
 

Arnold Smeulders

I graduated from Delft in physics in image processing and received a PhD in Leiden in Medicine. I was associated professor in image analysis and medical atlases at the Vrije Universiteit Amsterdam and the Erasmus Universiteit in Rotterdam. In 1989 I became associate professor at the Universiteit van Amsterdam. Since 1994 I am a full professor in multimedia information analysis at the Informatics Institute of the same university. I head the Intelligent Sensory Information Systems (ISIS) research group with 3 permanent staff members and some 20 externally funded postdocs and PhD-students. The ISIS-research group concentrates on theory, practice and implementation of multimedia information analyses, including image databases and computer vision. The group has an extensive record in co-operations with Dutch Industry. My current personal scientific interest is the picture-language barrier, video analysis and machine vision learning.